Wat bekent nu eigenlijk die niet-ontvankelijkheid
Als u een procedure aanhangig heeft gemaakt, betekent dat niet automatisch dat een rechter uw zaak inhoudelijk zal beoordelen. De rechter komt helaas niet altijd aan een inhoudelijke toetsing toe. Er kunnen zich omstandigheden voordoen waardoor een rechter genoodzaakt is de niet-ontvankelijkheid uit te spreken. Wat betekent nu eigenlijk die niet-ontvankelijkheid? En wanneer is daarvan sprake?
In de literatuur wordt van niet-ontvankelijkheid gesproken indien de stellingen van de eiser niet kunnen leiden tot toewijzing van het ingeroepen rechtsgevolg. Dit is echter niet helemaal correct. Een rechter zal alsdan immers de stellingen van eiser eerst moeten beoordelen. Zoals eerder betoogd komt een rechter bij niet-ontvankelijkheid aan inhoudelijke behoordeling niet toe. Ook in de rechtspraak heerst nog altijd onduidelijkheid over de vraag wanneer er sprake is van niet-ontvankelijkheid of van ontzegging van de eis. Dit werd onder andere opgemerkt door H.J. Snijders in zijn noot bij HR 26-02-2010, ECLI:NL:HR:2010:BK5756. De kortgedingrechter zal deze vraag in de regel op praktische gronden omzeilen door de vordering af te wijzen. Dit zorgt voor een grote mate van rechtsonzekerheid.
Aangenomen kan worden dat sprake is van niet-ontvankelijkheid in het geval de vordering niet kan slagen, om een reden die buiten de zaak zelf is gelegen. Er kunnen absolute of tijdelijke gronden voor niet-ontvankelijkheid aanwezig zijn.
Een absolute grond voor niet-ontvankelijkheid betreft bijvoorbeeld het tijdsverloop. Indien een rechtsmiddel wordt aangewend na het verstrijken van de daarvoor geldende termijn, zal de eiser niet ontvankelijk worden verklaard in zijn vordering. Ook indien een onjuist rechtsmiddel wordt aangewend, komt een rechter aan inhoudelijke behandeling niet toe. Als er reeds op alternatieve wijze in rechtsgang of geschilbeslechting is bezien (denk hierbij aan arbitrage), is de rechter tevens genoodzaakt de niet ontvankelijkheid uit te spreken.
De uitgesproken niet-ontvankelijkheid kan ook tijdelijk zijn. Indien de niet-ontvankelijkheid bijvoorbeeld wordt uitgesproken als de eisende partij onvoldoende belang heeft bij de door hem/haar beoogde rechtsgevolgen, of procespersoonlijkheid ontbreekt, is sprake van tijdelijke niet-ontvankelijkheid. Ook wanneer een vordering nog niet opeisbaar is, is deze vanzelfsprekend nog niet ontvankelijk. Indien niet is voldaan aan de vormvereisten of wanneer de stukken niet compleet zijn ingebracht, zal de rechter de vordering tevens niet-ontvankelijk verklaren. Ten slotte dient het voorgeschreven griffierecht of vastrecht altijd tijdig te worden voldaan.
Gelet op het voorgaande is het van groot belang dat een eisende partij te allen tijde wordt bijgestaan door een jurist, ook in gevallen waar procesvertegenwoordiging niet verplicht is. Een kleine fout kan immers al leiden tot niet-ontvankelijkheid.
Twijfelt u of uw vordering ontvankelijk is? Neem dan gerust contact op met een van onze medewerkers via info@nomeadvocaten.nl en plan vrijblijvend een kosteloos intakegesprek in!
