Heeft u als grootouder (een wettelijk) recht op omgang met uw kleinkinderen?

Heeft u als grootouder (een wettelijk) recht op omgang met uw kleinkinderen?

Opa en oma willen na de scheiding van hun dochter en schoonzoon de kleinkinderen graag blijven zien. Zij pasten altijd wekelijks op de kleinkinderen. De relatie met de schoonzoon is echter volledig gebrouilleerd en hij wil niet dat er nog contact plaatsvindt tussen de kleinkinderen en opa en oma. Heeft u als grootouder in dat geval recht op omgang en kunt u dit afdwingen bij de rechtbank?

In de wet wordt niet expliciet gesproken over omgang tussen grootouders en kleinkinderen. De wet bevat slechts één bepaling waarop de grootouders ten aanzien van hun omgangsrecht een beroep kunnen doen, namelijk art. 1:377a BW. Dit wetsartikel bepaalt onder meer dat het kind recht heeft op omgang met degene die in een nauwe persoonlijke betrekking tot hem of haar staat.

Grootouders hebben dus een rechtsingang indien zij kunnen aantonen in een nauwe persoonlijke betrekking tot het kleinkind te staan. Voor de nauwe persoonlijke betrekking is nodig dat tussen grootouders en kleinkinderen family life, zoals bedoeld in art. 8 EVRM, bestaat.

In het Markcx arrest heeft het EHRM overwogen dat family life zoals bedoeld in art. 8 EVRM ten minste de betrekkingen tussen naaste bloedverwanten zoals grootouders en minderjarige kleinkinderen omvat. Voor het bestaan van family life is het enkele bestaan van de familiebetrekking voldoende geacht. Echter uit de huidige Nederlandse jurisprudentie blijkt het niet voldoende te zijn en moet het bestaan van family life blijken uit bijkomende omstandigheden. U kunt hierbij denken aan de situatie dat de kleinkinderen gedurende lange tijd bij de grootouders hebben gewoond of dat de grootouders een belangrijke opvoedkundige taak hebben gehad. Ontbreken er voldoende concrete bijkomende omstandigheden, dan is het verzoek tot vaststelling van een omgangsregeling niet-ontvankelijk.

Als de rechter vervolgens een nauwe persoonlijke betrekking aanwezig acht zal de rechter beoordelen of de omgang in het belang van het kind is. Als het kind 12 jaar of ouders is wordt er ook gekeken of het kleinkind zelf bezwaar heeft.

Bent u benieuwd of u een omgangsregeling bij de rechter af kunt dwingen of heeft u andere vragen over omgang? Neem dan geheel vrijblijvend contact op met onze familierechtadvocate mevrouw mr. S. van Helvert op het telefoonnummer 024-360 66 20 of op het e-mailadres: stefanie.van.helvert@nomeadvocaten.nl